woensdag 28 oktober 2015

Verrassingen in Groenendaal

Dit jaar ben ik voor het eerst in Groenendaal, een wandelbos in Heemstede, op zoek gegaan naar paddenstoelen.
Maar wat worden er veel honden uitgelaten in dat bos!
 Omdat de honden er los mogen lopen komen er uiteraard veel mensen daar hun hond uitlaten. 
Dat was even wennen.

Mijn aandacht werd al gauw getrokken door minuscule witte bolletjes op een oude omgevallen stam.
Het bleek te gaan om het zogenaamde fopdraadwatje (Trichia varia).
Het viel niet mee om die kleine bolletjes scherp op de foto te krijgen.
Terwijl ik bezig was kwamen er soms honden, sommige hevig blaffend, een kijkje nemen.
Ze wisten blijkbaar geen raad met mij, terwijl ik op mijn knieën voor die boomstam zat.
Geweizwammetjes bleken het op verschillende plaatsen goed te doen.
Het hielp bij het fotograferen dat er wat gefilterd licht door het gebladerte viel.
Een heel dun draadje bleef achter dit zwammetje haken.
Wandelaars wezen mij op dit groepje zwammen dat zich in de holte van de stam van een omgevallen boom bevond,
in het deel waar de stam was afgebroken.
Op de bosgrond lag dit vreemde, opvallend groene stukje van enkele centimeters tussen de bladeren
Aanvankelijk had ik geen idee wat het was. 
Het bleek een stukje boomschors te zijn dat aan beide kanten groen was. 
Het lag verloren tussen de bladeren op de grond. De herkomst was volstrekt onduidelijk.
Van Helma - die mij met meer namen geholpen heeft - begreep ik dat het om een oud, verdroogd stuk korstmos ging.
Een takje was geheel begroeid met een zwam.
Het leek wel of er schijfjes zwam op het takje geschoven waren.
Thuis zei mijn vrouw direct, toen ze de foto zag, dat het haar aan een wervelkolom deed denken.
Ik heb het overigens niet tegen de boomstam gezet, want het takje zat vast.
Opnieuw een voor mij nieuwe waarneming: een paarse knoopzwam (Ascocoryne sarcoides).
Op een omgevallen oude boomstam groeiden behalve mossen en judasoren meerdere van dit soort zwammen.
Terwijl ik aan de ene kant van de stam mijn camera instelde stond er plotseling een grote hond aan de andere kant van de stam,
zijn neus bijna tegen mijn camera drukkend.
Hij was alleen maar nieuwsgierig en heel vriendelijk.
Deze witte zwam groeide samen met een aantal anderen op een, alweer, omgevallen boom.
Voor de verandering ben ik eens op de stam geklommen om een foto van bovenaf te maken.
Maar zo kan het ook, van onderaf.
Hoewel ik niet ontevreden ben met deze foto kan het toch beter denk ik.
Nog iets meer van onderaf zal nog meer licht door de zwam doen vallen.
Toen ik enkele dagen later terugging om dat te gaan doen, bleek de zwam op de grond te liggen.
Porseleinzwammetjes zijn populair, met en zonder insect.
Je kan haast eindeloos variëren, met klein en groot, of samen.
Ook met bokeh bubbles is het leuk spelen, zoals ook uit deze en de volgende opname blijkt.
Makkelijk kiezen was het niet, ze hebben allebei wel wat.
Ik laat ze daarom maar beiden zien.
Geweizwammetjes zijn ook een gewild onderwerp.
Met druppeltjes wordt het net even anders.
Zoals zo vaak zorgen dauwdruppeltjes voor de broodnodige variatie.
Voorbijgangers waren wel benieuwd wat ik aan het doen was.
De zwammetjes waren hen totaal niet opgevallen.
Maar ook zonder druppeltjes kan een geweizwam er mooi bij staan.
Dit zwammetje stond op een oude boomstronk.
Het stond niet alleen, iets verderop op de stam stond dit groepje:
Met dit groepje sluit ik mijn overzicht van Groenendaal af.
Er is ongetwijfeld nog veel meer te vinden.
Ook in de AWD is op dit gebied van alles te vinden, zoals bijvoorbeeld zwartwordende wasplaatjes.
Maar daarover een volgende keer.

vrijdag 23 oktober 2015

Leyduin: MAXI en mini

De landgoederen Leyduin, Woestduin en Vinkenduin  - gelegen tussen Heemstede en Vogelenzang - kunnen aantrekkelijk zijn voor liefhebbers van paddenstoelen.
Ook in 2015 ben ik er een aantal keren geweest in de hoop er wat bijzonders aan te treffen.
Met de sfeer komt dat meestal wel goed, met soorten is het altijd afwachten.
Wat er vorig jaar nog te vinden was hoeft er dit jaar niet te zijn.
Een biefstukzwam (Fistulina hepatica) zag ik er dit jaar voor het eerst, in augustus.
Omdat ze vrij groot zijn - in dit geval zo'n 15 cm - valt het niet mee om er iets anders dan een registrerende opname van te maken.
In deze serie is de biefstukzwam MAXI.
Eekhoorntjesbrood kom ik in Leyduin ieder jaar wel tegen.
Met amanieten is dat niet anders. Maar of het nu gaat om een parel-  of panteramaniet weet ik niet.
Voor degenen die ze plukken om te eten is dat wel belangrijk.
De een is giftig, de ander eetbaar.
Een vreemde eend - nou ja, vlinder - in de bijt is dit icarusblauwtje.
Terwijl ik op weg was om paddenstoelen te zoeken -  1 september - zag ik dit blauwtje.
Ik kon het niet laten om er een foto van te maken.
Dit is andere koek, wel een giftige.
Het is een zwarte kluifzwam (Helvella lacumosa) die ik in een opvallend aantal zag.
Een deel stond er nog in volle glorie, anderen waren al behoorlijk in verval.
Deze ziet er ook nog goed uit. Ze vormen wel een rommelig geheel.
Verval is natuurlijk één van de kenmerken van de herfst.
Deze groeide op een omgevallen boomstam.
Hier is het verval al duidelijk te zien, want de min of meer holle steel is geknakt.
Een week later was hij verder verkleurd en verschrompeld, terwijl hij er nog zieliger bij hing.
Op een vlakbij gelegen stam greep een stelletje slakken nog een laatste kans om voor nageslacht te zorgen.
Het was toen nog aangenaam en zonnig weer dat hen duidelijk stimuleerde.
Ze namen er, zoals slakken altijd doen, uitgebreid de tijd voor.
Later in oktober waren er geen slakken meer te zien.
Eén van de omgevallen stammen was begroeid met mos.
Deze zwammetjes stonden op een mooi plekje.
Het groen dat een bijzondere vorm van bokeh bubble vormde hoorde bij mossen die op een erachter liggend deel van de stam groeiden.
Kleine zwammetjes, alleenstaand of in groepjes, zag je overal  in het bos.
Deze groeiden op een losse tak die ik tussen mosjes gelegd heb.
Dezelfde zwammetjes, in een iets andere setting.
Heel verschillend vind ik. Maar welke setting is nu het mooist?
Een koraalzwammetje groeide in de kern van een oude, deels vergane boomstronk.
Toen de nachten begin oktober plotseling vrij koud werden zag de koraalzwam er donkerder en minder mooi uit.
Tussen de gevallen bladeren hupte plotseling deze groene kikker voor mijn voeten weg.
Haast had hij niet. Hij drukte zich eerst plat op de grond, waarna hij langzaam wat omhoog kwam.
Pas toen ik verder liep vervolgde hij zijn weg.
Plotseling zag ik een flinke omgevallen eik.
Zou dat de eik zijn waar Dick (mobydixer.wordpress.com)  het op zijn blog over had gehad?
Yes, na lang zoeken had ik hem eindelijk gevonden.
Maar wat zijn die kopergroene bekerzwammetjes ( Clorospenium aeruginascens) belachelijk klein!
Zij zijn de absolute mini's in dit beeldverslag.
Het is beslist een uitdaging om te proberen er behoorlijke foto's van te maken.
Ik vond deze wel iets hebben, mede door de draden die zo bij de herfst passen.
De lichtcondities waren wel zodanig dat ik er een statief en afstandbediening bij heb gebruikt om de anders onvermijdelijke bewegingsonscherpte te voorkomen.
Het is echt een hele klus om alles in te stellen zoals je wilt, maar je hebt niets te kiezen.
Gelukkig bleef het onderwerp rustig op zijn plaats.
Als je niet weet dat ze er groeien zie je ze beslist over het hoofd.
Hooguit zal de blauwgroene verkleuring die je hier en daar op het hout ziet je aandacht trekken.
De grootste zijn volgens mij maar zo'n 3 mm groot, de meeste zijn kleiner.
Omdat ze zo bijzonder zijn - ze zijn erg zeldzaam - krijgen ze hier wat extra aandacht.
Dit zwammetje was zo'n 3-4 cm hoog.
Het was de buurman van de kopergroene bekerzwammetjes, die je als de kleine blauwe vlekjes op de stam ziet.
Het geeft zo een indruk hoe klein ze zijn.
Deze amaniet, denk ik, heb ik eens wat anders gefotografeerd dan anders.
Overdrijf ik nu als ik zeg dat ik de lichte banden op de achtergrond wel had willen missen?
Het zijn halmen die toch op een behoorlijke afstand achter de zwam stonden.
Met een rustige voor-  en achtergrond vind ik de sfeer toch mooier.
Overigens heb ik deze paddenstoel op een andere dag op een andere plek gefotografeerd.
Op een gunstige plek zag ik twee zwammetjes die ruimte boden voor improvisatie.
Door mijn positie zó te kiezen dat de hoed van het kleinste zwammetje precies voor de hoed van de grotere te zien was ontstond dit beeld.
Opnieuw een variant op een (halve) bokeh bubble.
Voor de grootste van de twee had ik een andere compositie in gedachten.
Met een mooi kleurig herfstblad op de achtergrond ontstond het beeld. dat ik graag wilde hebben.

Mijn voorraad beelden van paddenstoelen is hiermee nog niet uitgeput.
In Groenendaal (Heemstede) heb ik mij eveneens lekker kunnen uitleven.
Ik heb er onder andere fopdraadwatjes en paarse knoopzwammen gezien, geheel nieuw voor mij.
Op een passend moment zal ik ze hier laten zien.



zaterdag 17 oktober 2015

Groen



Welkom in de wereld van de boomkikker.



Boomkikkers heten dan wel boom-kikker, maar je ziet ze zelden in een boom.
Twee jaar geleden heb ik dat een keer gezien. Bij die ene keer is het gebleven.

Je ziet ze vooral op braamstruiken, als je geluk hebt zelfs óp een braam.

Ze blijken zich ook prima thuis te voelen op varens. Bovendien klimmen ze graag in stevige gras-  en rietstengels die in een moerasachtige omgeving groeien.

Ik sluit mijn boomkikkerjaar 2015 met dit verslag af, waarin vooral de maand september voor gevarieerde beelden heeft gezorgd.








Zoals gezegd leven boomkikkers vooral in braamstruiken.
De afgelopen jaren heb ik ze dan ook zelden op andere plaatsen aangetroffen.

Het beeld dat hiernaast te zien is, is in mijn ogen behoorlijk kenmerkend voor de boomkikker.










Zo kan je ze ook aantreffen, zich lekker opwarmend in de vroege ochtendzon.
Zo kunnen ze het een lange tijd volhouden. Geen afwisselend leven zou je zeggen.
Ze blijken zich echter ook in varens heel goed thuis te voelen.
Klauterend langs de stengels waarbij de zon voor een ongebruikelijk beeld zorgde.
Ook op een varenblad kunnen ze langdurig dagdromen als ze niet gestoord worden.
Hij keek mij eens aan, alsof hij dacht :"Ga eens wat verderop kijken. Ik ben hier niet de enige boomkikker".
En jawel, tussen de stengels leek een boomkikkertje mij met open armen te ontvangen.
Wilde hij zó graag op de foto?
Het wemelde er van de jonge boomkikkertjes.
Volwassen exemplaren heb ik op de varens en aan de stengels niet gezien.
Het leuke van de jonkies is dat zij ondernemend zijn en regelmatig een andere plek opzoeken.
Zij zijn nog zo groen als gras en hebben nog veel te ontdekken en te leren.
Met wat geduld kan je ze dan ook in beeld krijgen, zonder dat stengels teveel storen.
De wat vreemde "prop" bij zijn achterpoot  lijkt een restant oude huid te zijn.

























In klauteren en springen zijn ze zeer bedreven.
Let ook eens op hun middelvinger(s).
Opmerkelijk vond ik dat niet alle kikkertjes dezelfde kleur groen hadden.
Ik heb ook kleintjes gezien die een donkerder, mosachtige kleur groen hadden.
De foto's ervan vind ik niet mooi genoeg om hier te laten zien.
Met behulp van hun lange vingers, waaraan ook nog zuignapjes zitten, kunnen ze zich overal heel goed aan vastgrijpen.
En wat vind je van zo'n middelvinger?
Ze gedroegen zich prima (en ik blijkbaar ook), want er was er niet één die hem opstak.
Er wordt wel eens gezegd dat apen goed kunnen klimmen, maar boomkikkers doen op hun manier niet voor apen onder.
Hier maakt er één zich klaar voor een sprong, lijkt het.
Dit beeld geeft een goede indruk van de manier waarop ze zich langs een stengel verplaatsen.
Ze kunnen werkelijk overal op zitten of aan hangen. Stengels buigen nauwelijks door.
De kleine boomkikkers wegen bijna niets.
Zo kan je mooi zien hoe goed ze alle poten gebruiken. 
Hij had zelfs nog tijd om even onderhands naar mij te zwaaien.
Een laatste blik vanuit het riet. 
Terug naar de bramen.
Voor de variatie een boomkikker in een ongebruikelijke setting.
Je zou het kunnen uitleggen dat het lijkt alsof de kikker de bokeh bubbles heel interessant vindt.
's Morgens vroeg komen de kikkertjes uit de dekking tevoorschijn en klimmen dan naar een zonnig, lekker comfortabel braamblad.
Wat kunnen de verschillende tinten groen enorm verschillen.
Hij gaf mij de kans een opname te maken waarbij hij mooi afstak tegen een donkere achtergrond.
De vlieg zette ogen als schoteltjes op.
Wat zou die kikker van plan zijn?
Die kikker was helemaal niets van plan, want als je goed kijkt zie je dat hij de vlieg niet rechtstreeks aan kan kijken.
Vanuit zijn positie keek hij achter het blad waarop de vlieg zat langs.
Een passend einde van een uitgebreid overzicht.

Ik heb vele uren bij de boomkikkers doorgebracht.
Het was een prettige verrassing om te merken dat ze niet alleen in braamstruiken voorkomen.
Daarnaast zag ik dit jaar voor het eerst jonkies, van hooguit 1 cm lang.
Vergeleken met 2014 heb ik veel meer boomkikkers gezien, ook op  een aantal voor mij nieuwe plaatsen.
Het leverde mij veel nieuwe indrukken op en uiteraard ook veel nieuwe beelden.
Wie weet wat 2016 zal brengen.