Het wandelpark buiten Nieuw-Vennep is niet alleen aantrekkelijk om er een stukje te wandelen maar je kan er ook wel eens verrast worden door onverwachte soorten dieren.
De afgelopen jaren heb ik er bijvoorbeeld ijsvogels, patrijzen en hazen gezien.
Het zijn dan wel toevalstreffers, maar die horen er ook bij.
Enkele van de meer gangbare soorten die ik de afgelopen wintermaanden heb gezien komen deze keer aan de beurt.
De grote zilverreiger (Ardea alba) is inmiddels één van de vaste bewoners.
Er komt ook een groot aantal blauwe reigers (Ardea cinerea) voor.
Als je goed kijkt zie je dat deze reiger behalve een blad ook een piepklein visje in zijn snavel heeft.
Ook al zijn ze erg algemeen, ze mogen af en toe ook wel wat aandacht krijgen.
De sloten zijn niet erg diep, dus vissen midden in de sloot kost de reigers geen moeite.
In de wintermaanden overwinteren er altijd grote zaagbekken (Mergus merganser).
Het is geen uitzondering als je er tot wel 10 stuks ziet.
Deze keer laat ik alleen een vrouwtje zien.
Terug naar de zilverreiger, die ook midden in de sloot stond te vissen.
Ze houden altijd goed in de gaten of er geen honden of mensen in de buurt komen.
Honden mogen er loslopen dus oppassen is pure noodzaak.
Zilverreigers zijn sierlijke vogels zoals goed te zien is als ze landen.
Als ze een prooi zien schieten ze met hun kop op karakteristieke wijze in het water, heel vaak met succes.
Zilverreigers en blauwe reigers zijn geen vrienden, zoals hier goed te zien is.
Het leverde wel een mooi schouwspel op, waarbij de zilverreiger er uiteindelijk toch maar vandoor ging.
In een naburige woonwijk met veel waterpartijen zijn ieder jaar futen (Podiceps cristatus) erg actief.
Dit zeer herkenbare beeld hoort op een zonnige dag bij het voorjaar.
In deze omgeving heb ik ook een aantal keren nestelende zwanen goed kunnen volgen,
maar zwanen waren tot nu toe nergens te bekennen.
Er waren niet alleen verschillende paartjes futen, maar ook sterk wisselende omstandigheden.
Bewolking en zon wisselden elkaar af en daar had ik wel last van.
De futen waren behoorlijk onverdraagzaam naar andere paartjes.
Er werd niet alleen gedreigd, maar de concurrentie werd ook verjaagd.
Dreigen deden ze zodra er een andere fuut te dichtbij kwam.
Natuurlijk werd er geflirt als de concurrentie verjaagd was.
Natuurlijk werd er geflirt als de concurrentie verjaagd was.
Een mooi paringsritueel kreeg ik niet te zien, afgezien van het heel prille begin.
Voor paringen waren de weersomstandigheden misschien niet aantrekkelijk genoeg.
Terwijl een mededinger teleurgesteld grotendeels onder water afdruipt keek het stelletje elkaar nog eens goed aan.Je moet even goed kijken om te zien wat hier gebeurt.
Als er een andere fuut het in zijn kop haalt om te dichtbij te komen zit er maar één ding op: eropaf.
Het wegjagen gebeurde steeds met volle overgave.
De dagen erna waren onaantrekkelijk om de futen uitgebreider te volgen.
Het is nu wachten op de jonge fuutjes.