woensdag 29 januari 2020

AWD - December 2019

De maand december bracht in de AWD niet wat ik ervan gehoopt had.
Het infiltratiegebied was een tijd niet toegankelijk, waardoor de kans om wilde zwanen te zien aanzienlijk kleiner was geworden.
Omdat het niet echt winter wilde worden was de toeloop van wintergasten in de AWD voor mijn gevoel ook minder.

Het loont de moeite om de beelden in de vergroting te bekijken.
De lightbox in Google werkt om een voor mij onduidelijke reden helaas niet.
Met Firefox of Internet Explorer lukt het wel.

Brilduikers (Bucephala clangula) waren er wel, niet in grote aantallen, maar ze wekten wel de indruk dat wintergasten op komst waren.
Grote zaagbekken waren er ook, maar die zwommen niet op plaatsen waar ik mooie plaatjes kon  maken.
Bij de juiste lichtinval is de kleur van de kop mooier, maar hier was ik redelijk tevreden mee.
Dodaarzen (Tachybaptus ruficollis) zie ik 's winters altijd veel meer dan 's zomers.
Ze zijn buitengewoon alert en niet makkelijk te fotograferen.
Het visje is in de vergroting beter te zien.
Zo gauw ze je zien zoeken ze het riet op en komen er dan pas uit te voorschijn als ze de omgeving vertrouwen.
In de vroege ochtend zorgde de zon voor kleuren die goed bij dit brilduiker vrouwtje passen.
Kramsvogels (Turdus pilaris) zag ik enkele keren, op zoek naar bessen.
Slechts één vogel gunde zich een momentje van rust.
Het winterkoninkje (Troglodytes troglodytes ) is ook al zo'n rusteloos typetje.
Wat een Latijnse naam voor zo'n klein vogeltje, bij wijze van spreken langer/groter dan het vogeltje zelf.
Klein Jantje, zoals deze hyperactieve kleintjes in de volksmond ook wel genoemd worden, past veel beter.
Diezelfde dag was ik op zoek geweest naar reeën, helaas zonder succes.
Een klapekster (Lanius excubitor) kom ik niet dagelijks tegen.
Een verrassing was dat hij relatief laag op een tak zat, helaas wat ver weg.
Een aardige waarneming dus.
Hij gedroeg zich opvallend, waardoor hij mijn aandacht nog meer trok.
Thuis zag ik op mijn laptop beter waarom hij zich zo gedroeg.
Hij had zijn snavel wijd opengesperd, waardoor een donker keelgat zichtbaar werd (dacht ik).
Tot mijn verbazing zag ik dat hij braakballen uitspuugde.
Pas op het scherm van mijn laptop werd dat goed zichtbaar.
(bekijk deze plaat bij voorkeur in de vergroting)
Ook al had ik dat natuurlijk graag van dichterbij gezien, ik was wel heel verrast met deze bijzondere waarneming.
Zoiets had ik nog nooit gezien.
Wat kan het zonlicht in de vroege ochtend toch opmerkelijke kleuren veroorzaken.
Hier zwom de eerste wilde zwaan (Cygnus cygnus) die ik in de wintermaanden zag.
Net voor sluitingstijd van 2019, want het was 31 december.
Verderop in het infiltratiegebied waren er meer.
Het jaar werd daardoor in de AWD voor mij in stijl afgesloten.
Geen spetterende vuurwerkshow in dit gebied, maar nog wel enkele mooie ontmoetingen.
Een zevental wilde zwanen was in het infiltratiegebied neergestreken, op zoek naar rust en voedsel.
Rust was er genoeg, maar voedsel?
In de kanaaltjes was de weken ervoor groot onderhoud gepleegd.
De kanaaltjes waren drooggelegd, de bodem was afgeschraapt.
Er zal niet veel meer gegroeid hebben toen er weer water in gelaten werd.
Vanaf 1 januari zie je daar soms een tweetal wilde zwanen.
In de niet toegankelijke delen van het infiltratiegebied komen ze volgens zeggen in grotere aantallen voor.
Ze hebben groot gelijk, want daar is het niet alleen rustig, maar er is ook genoeg te eten.
Ik had al een tijd geen vossen gezien, maar dat werd op deze dag ook goed gemaakt.
Dit vosje lag aanvankelijk lekker in de zon en had mij natuurlijk al van verre zien aankomen.
Het lag onder een boom aan de rand van een nog droog liggend kanaal.
Zij ging zitten en keek op haar gemak wat rond.
Even lekker ongegeneerd uitrekken en gapen.
Zij was echt ontspannen.
Haar aandacht werd nog een momentje ergens door getrokken.
Zij zwaaide nog even met haar staart en ging er op een sukkeldrafje vandoor, waarna ze even later uit het zicht verdween.

Alsof het nog niet genoeg was had Oudejaarsdag nog één verrassing in petto.
Een klapekster, en nog behoorlijk dichtbij ook.
Een mooi en door mij zeer gewaardeerd besluit van 2019.


woensdag 22 januari 2020

De wisenten van het Kraansvlak

Wisenten, ook wel Europese bizon (Bison bonasus) genoemd, zijn in het wild uitgestorven.
Via fokprogramma's heeft men toch weer een populatie van zo'n 6000 dieren verkregen, 
die verspreid over een aantal natuurparken in diverse landen leven.
Je kan wisenten zo dus vergelijken met przewalskipaarden die weer in Mongolië zijn uitgezet in een natuurpark.
In Nederland komen zo'n 70 wisenten voor, verdeeld over vier natuurparken: het Kraansvlak (onderdeel van Nationaal Park Zuid-Kennemerland),  Natuurpark Lelystad, de Maashorst (Noord-Brabant) en boswachterij Kootwijk op de Veluwe.
Van 1 september tot 1 maart kan je over het wisentenpad door het Kraansvlak (tussen Zandvoort en Bloemendaal aan Zee) wandelen in de hoop de wisenten daar tegen te komen.
Dit dier draagt een band met een gps, maar helaas, de gps werkt niet altijd.
Het blijft daardoor een gok of je ze gaat zien of niet.
Op 7 januari ben ik  met mijn vrouw op zoek gegaan naar de wisenten.
Jaren geleden hadden we al eens meegedaan met een excursie door het gebied, maar dat leverde niet op wat we graag wilden.
Slechts één wisent, en dan ook nog op flinke afstand.
Omdat het gebied vrij groot is en de kudde klein (we zagen op 7 januari 12 dieren) heb je natuurlijk een grote kans om ze te missen.
Na een wandeling door een schitterend stuk duingebied zagen we de kudde, waarvan het grootste deel rustig lag te herkauwen.
Als je voldoende afstand houdt, minstens 50 m, dan blijken het uitermate rustige dieren te zijn.
Indrukwekkend zijn ze wel.
In het wild levende stieren kunnen wel 840 kg zwaar worden en 1.88 m hoog, koeien zijn wat lichter en kleiner ( 540 kg bij 1.67 m).
Zo'n kolos wil je niet irriteren zodat hij/zij snuivend op je af komt.
Gaan staan kostte een beetje inspanning.
Geen wonder met zo'n lijf.
Even rekken en strekken, waarna hij vervolgens uiterst kalm een stukje ging lopen (niet naar ons toe).
Een soortgenoot deed wat verderop hetzelfde.
Je wilt echt niet dat dit dier, ook al is het nog lang niet volgroeid, op deze manier voor je staat.
Voor de meeste dieren was dit de favoriete houding toen wij er waren.
Rustig herkauwend, zich niet storend aan wie dan ook.
Ze zijn niet alleen belangrijk in verband met het fokprogramma, waarbij dieren van tijd van tijd uitgewisseld worden met dieren uit natuurgebieden in andere landen, maar ze zorgen ook voor onderhoud van de natuur.
Ze vreten er van alles weg, maar ze geven er ook wat voor terug.
Geen gezeur over toeschouwers of privacy, ze leveren ook op deze manier hun bijdrage aan de natuur.
En verder maar weer.
Zo'n groot lijf vraagt natuurlijk om veel voedsel.
Het was geweldig om deze indrukwekkende dieren te zien.
We gaan er zeker nog eens naar terug.

Voor wie meer wil weten over de wisenten:




woensdag 15 januari 2020

Venneperhout 2019

Venneperhout ligt aan de buitenkant van mijn woonplaats Nieuw-Vennep.
Tot nu toe vond ik het een weinig aansprekend natuurgebiedje, dat vooral populair is bij hondenbezitters.
 Vooral een aantal grote zaagbekken bracht daar deze wintermaanden wat verandering in.

Het loont de moeite om de beelden in de vergroting te bekijken.
De lightbox in Google werkt om een voor mij onduidelijke reden helaas niet.
Met Firefox of Internet Explorer lukt het wel.

Een tiental grote zaagbekken (Mergus merganser) was in de grootste vaart neergestreken.
Jammer is dat het waterniveau ca. 1 meter lager dan het pad ligt, dus dan moet je er het beste van proberen te maken
 (hoewel je dat natuurlijk altijd probeert).
Tijdens de eerste wandeling in december lieten voornamelijk de vrouwtjes zich behoorlijk zien.
Er verblijft ook minstens één ijsvogel (Alcedo atthis) in dit gebied.
De wand voor oeverzwaluwen is volgens mij geen succes, want ik heb er nog nooit een zwaluw gezien.
De stand van de zon en de achtergrond speelden een rol bij de kleuren, want alle beelden zijn op dezelfde dag gemaakt.
De vrouwtjes overheersten in dit tiental.
Er verblijft ook een aantal torenvalken (Falco tinnunculus) in dit gebied,
meestal vanaf een hoge positie of vanuit de lucht "biddend" speurend naar een prooi.
Hier was hij te laat.
Meestal vliegen ze op het verkeerde moment weg als je ze voorzichtig lopend probeert te benaderen.
Bij wijze van uitzondering was ik nu wel tevreden.
Tijdens een ander bezoek later in december werkten de mannelijke zaagbekken behoorlijk mee.
Een deel van de vrouwen had zich van de anderen afgesplitst, even vrouwen onder elkaar.
Deze mannen zaten er niet mee, het was tenslotte nog geen voorjaar.
De mooie groengekleurde kop was bij het licht van dat moment niet zo groen als ik gehoopt had.
Niet alle vrouwtjes hadden zich afgezonderd.
De zaagbekken waren geen van allen erg druk met zoeken naar voedsel.

Wat later zat het mee:
Op zo'n moment hoop ik altijd.
Je weet dat het niet zo bedoeld is, maar deze houding is er echt één van "Kom in mijn armen mijn liefste".
In de AWD had ik in december ook al grote zaagbekken gezien, 
maar daar ontbrak het mooie licht en werden de plaatjes een stuk minder mooi.
Die zullen mijn decemberoverzicht van de AWD dan ook niet gaan halen.
"Daar gaat zij", de andere kant op.
"It's a man's man's man's world, but ............"
Het leek of ze nu de mannen wel  in verwarring achterliet.
Er waren ook nog andere watervogels, zoals deze krakeend (Mareca strepera).
Krakeenden zijn hier geen passanten, net als kuifeenden, meerkoeten en futen.
Het torenvalkje werkte heel behoorlijk mee.
Het liet mij soms wel een stuk lopen, maar bood mij genoeg kansen.
Net als bij de eerste plaat poseerde hij hier geduldig, zolang ik maar niet opdringerig was.

De volgende keer aandacht voor de meest opvallende bewoners van het Kraansvlak: