Ook al vielen de aantallen vlinders mij dit jaar opnieuw niet mee,
toch heb ik niet te klagen over wat ik gezien heb.
De koninginnenpage was hierbij een grote verrassing.
Maria vergezelde mij naar een veldje waar ze zelf al veel mooie platen van koninginnenpages had gemaakt.
We hadden geluk want we hebben daar een aantal van deze schitterende vlinders gezien die op de daar uitbundig groeiende kaardenbollen afkwamen.
Het precieze aantal is lastig vast te stellen omdat ze voortdurend heen en weer vlogen.
Opmerkelijk vond ik het wel dat ze soms tot minder dan 50 cm van mij verwijderd op een kaardenbol landden en nog bleven zitten ook.
dus dit was een zeer welkome verrassing.
Het zal niemand verbazen dat ik met heel veel foto's thuiskwam en de tijd moest nemen om een mooie selectie te maken.
Het zal niemand verbazen dat ik met heel veel foto's thuiskwam en de tijd moest nemen om een mooie selectie te maken.
Maria, nogmaals bedankt!
Inderdaad, er waren daar ook nog andere soorten te zien.
Distelvlinders zag ik ook nog in andere gebieden, zoals de mij vertrouwde Amsterdamse Waterleidingduinen.
Zowel een distelvlinder als een akkerhommel hadden belangstelling voor deze bloemetjes.
een gehakkelde aurelia
een bruin blauwtje.
Wie verzint zo'n naam?
Je bent bruin of je bent blauw.
Ik zie hier zelfs geen spoor van blauw.
We gaan naar nummer 5: een Sint Jansvlinder.
In het voorjaar zie je Sint Jacobsvlinders.
Op het eerste gezicht lijken ze veel op elkaar maar als je goed kijkt zie je de verschillen duidelijk.
Het is wel makkelijk dat Jan pas komt als Jacob verdwenen is.
samen met een aardhommel.
Dit beeld kan je jaarlijks in hun habitat tegenkomen.
Jammer is wel dat het er dit jaar nogal weinig waren.
Als het zand door de zon opgewarmd is kan je ze daar in de zomer vaak zien zitten.
Het duurde dit jaar lang voordat ik ze gevonden had.
Hun favoriete plant, jacobskruiskruid, stond er zielig en verdroogd bij.
Het was duidelijk dat hun seizoen op zijn eind begon te lopen.
maar toen was het aanbod ook veel groter.
In een omheind gebied in de AWD - een zogenaamd exclosure - blijken allerlei planten het uitstekend te doen nu er geen damherten bij kunnen komen.
Het slangenkruid bijvoorbeeld hoort in het duingebied thuis, maar werd weggevreten door de damherten.
Hier krijgen ze de kans om te groeien en laat dat nu net een plant zijn waar kolibrievlinders van houden.
Scherp stellen, vlinder weg, opzoeken, scherp stellen, vlinder weer weg, enz.
Maar dan kennen ze mij nog niet: de aanhouder wint.
Het kostte veel zweet en volharding maar het is gelukt.
Ik had trouwens een flinke verzameling plaatjes van slangenkruid, waar geen vlinders op te zien waren.
Op zich is dat geen prestatie, maar wel jammer als het de bedoeling is dat er ook een vlinder op te zien is.
Die was dan vaak al weer uit beeld, op zoek naar een andere bloem.
Enkele jaren geleden hadden we kolibrievlinders in de tuin, aangetrokken door de geurige kamperfoelie.
Dit jaar kwam er slechts één langs.
Ze in de vrije natuur te verschalken gaf mij nog meer voldoening.