We worden deze maand overstelpt met typische herfstbeelden zoals van paddenstoelen en bronst.
Het leek mij aardig om ter afwisseling wat aandacht aan het strand te besteden, maar niet aan Nederlandse stranden met drieteenstrandlopers, steenlopers en andere vertrouwde vogels.
Nee, ik zoek het wat verder weg, en wel in Madagaskar.
Als eerste laat ik een jonge gehoornde koffervis (Lactoria cornuta, longhorn cowfish) zien.
Deze leefde niet meer zodat ik hem op mijn gemak kon fotograferen.
Deze was zo'n 6 cm lang.
Het is o.a. een bewoner van de Indische oceaan waar hij in de buurt van koraal rondzwemt.
Volwassen exemplaren kunnen 46 cm lang worden.
Met zijn puntige hoorns, die hij ook op zijn achterlijf heeft kan hij zich goed verdedigen.
In geval van nood kan hij ook nog een giftige stof afscheiden.
In geval van nood kan hij ook nog een giftige stof afscheiden.
Op het strand van Ifaty (West-Madagaskar) vond ik niet alleen het koffervisje maar we zagen er ook een heleboel krabben,
die snel over het strand en langs de waterlijn liepen.
die snel over het strand en langs de waterlijn liepen.
In de vroege ochtend, toen de zon nog maar net op was, vertrokken de vissers in hun pirogues in de hoop dat ze door een goede vangst die dag weer te eten zouden hebben.
Toen er enkele boten terug waren gekomen konden de vissers rekenen op een grote belangstelling.
Een voor een kwamen de boten terug.
Alle boten hebben een zeil dat gemaakt is door stukken doek aan elkaar te naaien.
Het kan daardoor een kleurrijk gezicht zijn.
Vele handen maken het werk lichter.
De vis wordt niet verkocht - op enkele uitzonderingen na - maar de vis dient als hun dagelijkse voedsel.
De vangst bestaat meestal grotendeels uit dit soort kleine visjes.
Als het minder hard waait dan toen wij er waren trekken de vissers verder de zee op,
waardoor ze meer kans hebben grotere vissen te vangen.
waardoor ze meer kans hebben grotere vissen te vangen.
De vissers trokken er ook met roeiboten op uit.
Een van de grotere vissen van de dag werd trots getoond.
Je ziet op het strand vrouwen die etenswaren verkopen, vrouwen die meehelpen met het aan land brengen van de vangst en vrouwen die netten en touwen repareren.
Kinderen kunnen nog onbezorgd spelen, zoals hier met een miniatuur model van een vissersboot.
Vanaf het terras bij onze hoger gelegen huisjes had je een mooi uitzicht op de bedrijvigheid aan het strand.
In Noord-Madagaskar zagen we een heel andere manier van vissen.
Lange netten waren vanaf bootjes in zee neergelaten, waarbij ervoor gezorgd werd dat de uiteinden op het strand bleven.
Na verloop van tijd werden de uiteinden van de netten door groepjes mensen - mannen en vrouwen - aan land getrokken.
Bij een temperatuur van 30-35 °C was dat een zware klus.
Kleine visjes werden deze keer teruggegooid in het water.
De vissers waren uitsluitend geïnteresseerd in grote vissen, zoals deze kapiteinsvis.
Opvallend was een tweetal kogelvissen, waarvan dit het grootste exemplaar was.
Bij gevaar zuigen ze zich vol water waardoor ze bolvormig worden.
Ze worden door de meeste mensen niet gegeten omdat ze bijzonder giftig zijn.
Alleen gespecialiseerde Japanse koks weten hoe ze hiermee moeten omgaan.
Hier werden de vissen dan ook teruggegooid.
Zo gauw de vis weer water voelde perste hij het water uit zijn lijf waardoor hij er als een torpedo vandoor ging, flitsend snel.
Toen de vangst binnen was, werd alles in korte tijd opgeruimd en verdwenen de vissers met hun boot zonder een spoor achter te laten.
Wij maakten die middag nog een wandeling over het strand en over het zwarte, scherpe gesteente langs de grillige kust.
De vulkanische herkomst was duidelijk zichtbaar.
Door de stevige wind beukte de oceaan op de kust.
Wat verderop was een baai die heel populair is bij kitesurfers, Sakalava Beach.
Het derde strand waar we geweest zijn lag op het eiland Nosy Be, bij een plaatsje dat Ambatoloaka heet.
Deze dames dreven op de gebruikelijke traditionele manier handel : ze boden bijvoorbeeld ananas, bananen en sleutelhangers aan.
Andere dames en meisjes boden andere koopwaar aan, waarvoor alleenstaande mannen - die met speciale vluchten uit Turijn en Frankrijk gekomen waren - een bijzondere belangstelling hadden.
We zagen op het strand een aantal jongens die druk bezig waren met de jacht op krabben.
Ze zochten de gaten op waardoor de krabben onder de grond verdwenen waren.
Ze groeven de gaten verder uit, pakten de krab bliksemsnel op en gooiden hem vervolgens op het strand.
De vangst werd op verzoek trots getoond.
Terwijl wij de krabbenvangst volgden kwamen vissersboten naar het strand terug.
Het zeil werd gestreken, waarna de vissers met hun vangst aan de slag gingen.
Een deel werd het strand op gedragen.
Toen we langs het strand terugliepen zagen we bij een paar boten iets opmerkelijks dat we eerst nauwelijks geloofden.
Tot onze verbazing zagen we namelijk een viertal roggen op het strand liggen.
De vissers hadden ze gewoon op het strand gelegd.
Ik schat dat de spanwijdte van de grootste zeker 1.50 meter was.
Roggen zijn niet populair bij vissers, zij zien roggen alleen als bijvangst waar nauwelijks tot geen vraag naar is.
Ik heb geen idee wat met deze roggen gedaan is.
Hier is het wel duidelijk.
Gefileerde vissen werden op de zijarmen en dwarsmast van de boot te drogen gelegd.
Twee dagen later was dat nog beter te zien:
Alle dwarsmasten lagen vol.
Aan het strand was de getijdenwerking goed te zien.
Het schip was helemaal droog gevallen.
Dit was voor ons een van de laatste dagen in Madagaskar.
Na een vlucht naar Antananarivo, de hoofdstad, vlogen we twee dagen later terug naar Amsterdam.